Overal zeuren bedrijven over regeldruk. Of het nou gaat om de gemeente Amsterdam, de Nederlandse overheid of het Europees parlement, overal zouden bureaucraten ondernemers in de weg zitten.
Niet zonder resultaat. De Europese commissie wil 25% van de regels schrappen. Ook het kabinet zette bij de Nederlandse ondernemerstop vol in op minder regels.
Maar hier komt de catch: is de regeldruk wel hoog? En zijn minder regels wel de oplossing voor teruglopende productiviteitsgroei?

Waar baseert de Europese Commissie zich op?
Het belangrijkste document dat in Europa wordt aangehaald om te pleiten voor minder regeldruk is het rapport van Draghi. Dat stelt namelijk dat we in Europa véél te véél regels hebben en dat we onder andere daarom minder goed met de Verenigde Staten concurreren en een lagere productiviteitsgroei hebben.
Deze stelling wordt beperkt onderbouwd: Draghi komt nauwelijks verder dan één vergelijking. Europa zou wel drie keer zoveel regels hebben opgelegd dan het Amerikaanse Congres. Volgens Erik Jones, directeur van het Schuman Centre, slaat deze vergelijking alleen mank, want in de Verenigde Staten komt de meeste regelgeving niet van het parlement, maar van de uitvoerende macht. Draghi vergeet dus een groot deel van de Amerikaanse regelgeving mee te wegen in zijn vergelijking.
Hoe hoog is de regeldruk dan wel?
Dit wordt gemeten door het OESO (de organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling). Nederland en Europa hebben een lagere regeldruk dan de Verenigde Staten. Dit verschil wordt alleen maar groter. Terwijl de regeldruk in de VS tussen 2018 en 2023 constant bleef is de Europese regeldruk gedaald. Het valt dus wel mee met die Europese regeldruk.

Zorgen regels dan misschien dat er minder wordt geïnvesteerd?
De Europese investeringsbank vraagt elk jaar aan ondernemers of regeldruk nou een belemmering is om te investeren en wat blijkt? De regeldruk is voor bedrijven in Nederland en Europa een minder grote belemmering om te investeren dan in de Verenigde Staten. De cijfers voor Nederland liggen nog weer flink onder de Europese cijfers.
En hebben we de goede regels?
Dan blijft de vraag over: zijn de regels die we hebben wel goed voor onze economie als geheel? Gelukkig doet het OESO ook hier onderzoek naar. Op basis van meer dan 1500 vragen beantwoord door contactpersonen in meer dan 30 landen beoordeelt het OESO in hoeverre de regelgeving zorgt voor een competitieve, open en goed draaiende economie. Europa blijkt veel beter te reguleren dan de Verenigde Staten en Nederland weer veel beter dan Europa.

Waarom hadden we die regels ook al weer?
Met andere woorden de Europese (en Nederlandse) regeldruk is lager dan de VS, is minder een belemmering voor investeringen, en de regels die we hebben lijken de economie als geheel gunstig te beïnvloeden.
Maar waarom horen we bedrijven dan zoveel klagen over de regelgeving? Waarschijnlijk omdat ze dat eigenlijk altijd doen. Zo liet historicus Timon de Groot zien dat werkgeversorganisaties in 1930 ook klaagden over de invoering van de achturige werkdag en de 27 controleurs die op alle Nederlandse bedrijven werden afgestuurd.
De regels hebben uiteraard een functie. En zelfs als ze voor een individueel bedrijf zo nu en dan extra werk of verplichtingen opleveren, dan nog dienen ze een breder belang. Zo wil de Commissie momenteel bijvoorbeeld de Europese regels die bedrijven aansprakelijk stellen voor milieuschade en geschonden werknemersrechten in toeleveringsketens drastisch afzwakken. Ook wordt nieuwe regelgeving voorgesteld, die de regeldruk zou verminderen, maar ondertussen juist de bescherming van werknemers in detachering ondermijnt. En dat is jammer. Want de Europese regelgeving draagt nu juist precies bij aan brede welvaart, waar het in de VS aan ontbreekt.
Het slopen van regelgeving lost bovendien niet het probleem op dat Draghi identificeert: de teruglopende productiviteitsgroei. Als regels het probleem zouden zijn dan waren we al veel productiever dan de Amerikanen geweest.
En verder deze week...
Een nieuw ESB artikel laat zien dat Europa betere welvaartsuitkomsten dan de Verenigde Staten behaalt, tegen minder CO2 uitstoot. Efficiënter dus. Alleen kijken naar financieel-economische indicatoren in de vergelijking VS Europa volstaat dus niet.
Mariana Mazzucato schreef een nieuwsbrief waarin ze pleit voor samenwerking tussen vakbonden en milieuorganisaties voor een eerlijke transitie.
Tijmen ging langs bij de podcast Linkse Mannen om het te hebben over de middenklasse.
Een beetje vreemd, maar wel lekker (de kliekjes uit onze Slack-kanalen)
De FNV heeft iets nieuws, feitje checken? Bel de feitenlijn. No spon. Beetje spon.
Je wekelijkse call-to-action!
Deze week een try-out rubriek in Rode Cijfers. Deze rubriek is er voor iedereen die onze nieuwsbrief super interessant vindt, maar tegelijkertijd denkt: wat kan ik doen (naast natuurlijk Rode Cijfers delen met al je vrienden, vijanden en je moeder)?
Teken deze petitie, die oproept om de wetgeving voor eerlijk ondernemen door te zetten, zodat platformwerkers beschermd worden en bedrijven aansprakelijk gesteld worden voor de milieuschade die ze aanrichten.
Vond je dit nou een leuke nieuwsbrief? Geef ons een like, en stuur hem door naar anderen die mogelijk ook interesse hebben!
Heb je ideeën voor onderwerpen om te bespreken? Reacties? Mail ons!
Misschien wordt het tijd voor wat meer regeltrots dan geklaag over regeldruk. Dank ook voor de verwijzing 🙏
Het artikel “De lariekoek van regeldruk” belicht de situatie wat eenzijdig. Jullie wijzev er terecht op dat niet elke Europese of nationale regel per se een zware administratieve last is. Veel regels (regelgeving gebeurt in de Tweede Kamer, door regels te maken; ik hou het hier bij ‘regels’) hebben flexibele uitvoeringsmogelijkheden of zijn gedeeltelijk geautomatiseerd. Jullie negeren tegelijkertijd de kwalitatieve dimensie van regeldruk (werkbaarheid, cumulatief effect van vele kleine regels) en kijken bijna alleen maar naar het aantal wetten of negatieve ATR-adviezen, niet naar de echt gemeten administratieve lasten per sector.
In 2024 voorzag het ATR 45 % van de wetsvoorstellen van een negatief advies (onvoldoende nut of noodzaak). Weliswaar een verbetering ten opzichte van 60 % in 2023, maar het betekent wél dat bijna de helft van alle nieuwe regels nog steeds onvoldoende getoetst wordt.
Een deel van die negatieve adviezen wordt later omgezet, maar dit laat zien dat de kwaliteitstoetsing van regels zeker geen routine is.
Volgens het CBS kost het invullen van formulieren en aanleveren van data bedrijven nog steeds ongeveer 1,5–2 % van het BBP aan directe administratieve lasten. Dat komt neer op miljarden euro’s per jaar, waarvan een substantieel deel door het mkb wordt opgebracht. Door alleen te kijken naar derving van economische groei of negatieve ATR-percentages, miskennen jullie deze concrete financiële lasten.
Verder gebruiken jullie termen als “regeldruk”, “administratieve lasten”, “compliance-kosten” en “bureaucreatie” door elkaar. Volgens het Kenniscentrum Regelgeving (KCBR) is ‘regeldruk’ het effect van verplichte regels voor burgers en bedrijven, en zijn ‘administratieve lasten’ daar een onderdeel van. Heldere definities zijn van cruciaal belang om cijfers juist te interpreteren.
Voor grote ondernemingen zijn afzonderlijke regels vaak nog wel te behappen, maar kleinere bedrijven ervaren juist al die regels (Europees + nationaal + soms provinciaal/gemeentelijk) als een stapeling van werk. Die ervaring laat zich moeilijk vertalen in cijfers.
Conclusie
• Benadrukt het artikel terechte punten? Zeker: er is niet altijd sprake van onverantwoorde of overbodige regelgeving, en sommige regels dragen bij aan bijvoorbeeld veiligheid en duurzaamheid.
• Mist het artikel belangrijke aspecten? Ja: het kijkt te eenzijdig naar de aantallen wetten of negatieve adviezen, zonder de feitelijke administratieve lasten, de cumulatieve beleving door ondernemers of de kosten-batenanalyses van veel regels echt mee te nemen.